Er stond laatst een bijzondere advertentie in een
huis-aan-huis krant:
Hengelsport-vereniging “ SP ”
(Simon Petrus)
Met beschikking over rijke viswateren,
zoekt dringend
NIEUWE LEDEN.
Wij vergaderen regelmatig!
Vaste agendapunten daarbij zijn:
.…Visie op het vis
…. Overvloed aan vis
.…De uitdaging van het vangen van het vis!
Toen de vereniging eens voltallig bijeen was, suggereerde
één der leden, dat er een echt VISBELEID nodig was. Men stelde daarom, zeer
zorgvuldig, een voorlopig visvang-definitie op en later volgde er uiteraard nog
eens een definitieve definitie.
Ook werd er, even zorgvuldig, een doelstelling
geformuleerd.
Werkwijze en vis-strategie werden ontwikkeld en grondig
bestudeerd. Kortom, het was op de vergaderingen een drukte van belang.
Later besefte men wel erg éénzijdig bezig te zijn met de
hele materie. Het vissen was namelijk alleen maar benaderd vanuit het
gezichtpunt van de visser en niet vanuit dat van de vis…
Hoe kijkt een vis tegen de wereld van de vissers aan?
Hoe komt de visser over op de vissen?
Wat eten vissen-en wanneer eten ze het liefst?
Dát zijn allemaal
belangrijke en interessante vragen…
Dus begon men dat alles eens heel grondig te onderzoeken!
Men woonde conferenties bij over het vissen. Sommigen
reisden naar veraf gelegen plaatsen om de verschillende soorten vis en andere
vis-methodes aan een grondige studie te onderwerpen. Enkele actieve leden
haalden zelf een “graad” in de viskunde…
Maar, al met al was er niemand, die viste….
Er werd nu een commissie gevormd om vissers uit te
zenden!
Maar, omdat er natuurlijk veel meer visplaatsen waren dan
vissers, moest die commissie eerst de prioriteiten vaststellen.
Een voorkeurslijst van visplaatsen werd op de
publicatieborden van de vereniging gehangen.
Maar…. nog steeds
viste er niemand!
Er werd toen een enquête gehouden, om eens “uit te
vissen” hoe het kwam, dat er niemand viste.
Maar, zoals gebruikelijk, vulde de meeste leden de
vragenlijst niet in. Dat gebrek aan “mee-denken” veroorzaakte, zeer
begrijpelijk, behoorlijk wat verontrusting bij het bestuur.
Toch, van de mensen die wel op de enquête reageerden,
voelden sommige zich geroepen om de totale materie van “het vissen” nu eens
grondiger te gaan bestuderen.
Anderen gingen zich vervolgens toeleggen op het leveren
van de benodigde visuitrusting.
Een aantal andere leden wilde wel actief zijn om de
vissers te bemoedigen!
Door het grote aantal vergaderingen, conferenties en
studiedagen over al deze onderwerpen had echter niemand tijd om te vissen….
Jaap (what ’s in a name?) was aangetrokken door die
advertentie en werd lid van de Hengelsport-Vereniging “SP”
Na een inspirerende vereniging-avond begon hij
onmiddellijk te vissen! Hij probeerde het één en ander eens uit, kreeg de smaak
te pakken en ving een paar prachtige exemplaren.
Op de eerstvolgende vergadering vertelde Jaap het verhaal
van die mooie vangst. Hij werd uitbundig geprezen om het behaalde resultaat!
Er werd gelijk ook maar afgesproken, dat hij enkele
voordrachten zou houden over “hoe” hij het had gedaan…
Maar, door al die spreekbeurten, en natuurlijk (want dat
kon niet uitblijven) zijn verkiezing in het bestuur van de vereniging had Jaap
geen tijd meer om te vissen.
Al gauw voelde hij zich onrustig en onvoldaan.
’t Was allemaal wel aardig en interessant, maar hij wilde
zo graag die ruk aan zijn vislijn weer eens voelen.
Dus annuleerde Jaap al zijn spreekbeurten, trad af als
bestuurslid en zei tegen een vriend “Ga je mee vissen…?”
Dat deden ze.
Gewoon met z ’n tweeën. En ze vingen de éne vis na de
andere. Er waren genoeg vissen te vangen en maar heel weinig vissers.
En ik? Dat, lieve mensen, is een klemmende vraag….
Ik heb mij óók heel vaak door allerlei goede en zelfs
noodzakelijke dingen laten afhouden van WIE ik MOET zijn en WAT ik WIL zijn:
Een “Visser van mensen”
Een bevriend predikant zei eens tegen mij: Wij zijn zo
druk bezig met al het “Kerkenwerk” dat we geen tijd meer hebben voor het “Werk
van de Kerk!”
Voor het “vissen van mensen” is natuurlijk iets meer
nodig dan ingooien, beet hebben en binnenhalen…
Vissen van mensen betekent: bidden-getuigen-Barmhartige
Samaritaan zijn-opnieuw leren luisteren naar mensen, maar bovenal naar God.
Het betekent ook: jezelf wegcijferen, samen de Bijbel
bestuderen, de “mens”geworden Christus weer laten zien en uiteindelijk vragen
om heel bewust en persoonlijk een keus te maken voor die Levende Heiland!
Ik wens u allen een GOEDE VANGST!
Ds. D. Bouwman
Er zijn twee dagen in de week waarop we ons geen zorgen
moeten maken, twee dagen die vrij moeten zijn van angst en ongerustheid.
Een van die dagen is "Gisteren", met zijn
fouten en zorgen, zijn blunders, zijn pijn en verdriet.
Gisteren is voorgoed voorbij, en we oefenen er geen
enkele controle meer over uit.
Al het geld in de wereld kan gisteren niet terugbrengen.
We kunnen geen enkele handeling die we hebben verricht
ongedaan maken, en geen woord dat we hebben gezegd kunnen we uitwissen.
Gisteren is voorbij.
De andere dag waar we ons geen zorgen over moeten maken
is "Morgen", met zijn mogelijke strijd, zijn moeilijkheden, zijn
grote verwachtingen en zijn tegenvallers.
Ook over morgen oefenen we geen directe invloed uit.
Morgen zal de zon opgaan, in al zijn pracht of achter een
sluier van wolken, maar hij zál opgaan.
Tot dat gebeurt hebben we geen belang bij morgen, want
morgen bestaat nog niet.
Hiermee blijft er maar één dag over, "Vandaag".
Ieder mens kan slechts de strijd van één enkele dag aan.
Pas wanneer we de last van die twee vreselijke
eeuwigheden, gisteren en morgen, eraan toevoegen, wordt het ons teveel.
Het is niet de ervaring van vandaag die de mens tot
wanhoop drijft, het is wroeging of verbittering over iets wat gisteren is
gebeurd en de angst voor wat morgen misschien zal brengen.
Mattheus 6:34 Maak
je dus geen zorgen voor de dag van morgen, want de dag van morgen zorgt wel
voor zichzelf. Elke dag heeft genoeg aan zijn eigen last.